Overslaan en naar de inhoud gaan

Mijn leven met kanker

Onze gasten hebben allemaal hun eigen reden om ons inloophuis te bezoeken. Ze zijn zelf ziek of ziek geweest. Hebben een partner, ouder, broer of zus met kanker of vinden het fijn om met lotgenoten te praten. Ze bezoeken een thema-avond, maken deel uit van ons koor of komen naar een creatieve workshop om even los te zijn van de dagelijkse zorgen rondom het ziek zijn. Marrie Nap is een van hen. Zij weet als geen ander dat je zelf geen kanker hoeft te hebben om door de pijn geraakt te worden. “Kanker heb je nooit alleen.”

De eerste keer dat Marrie met kanker werd geconfronteerd was toen de toen 15-jarige zoon van vrienden Ria en Teus een hersentumor bleek te hebben.  Al van jongs af aan deelden zij lief en leed met elkaar. “Als je dan zoiets met elkaar meemaakt, dat is zo intens, zelfs nu nog. We hebben het hele proces van dichtbij meegemaakt. Gedeeld met zijn ouders en het gezin. De onderzoeken, de biopten, de uitslagen, de hersenoperatie en de bestralingen. Om een kind zo ziek te zien, wat dat met hem doet en met zijn ouders en broertje… Het sloeg in als een bom, voor iedereen, en dan stonden wij nog aan de zijlijn. “

In 2009 kreeg Marrie problemen met haar schildklier. Niets was meer hetzelfde, er gingen maanden overheen voor zij wat begon op te krabbelen. “Waarom ga je niet een keer mee naar het Toon Hermans Huis?”,  vroeg  Ria mij. Je kunt daar schilderen. Al is het alleen maar voor de ontspanning. Ria was toen al een van de gastvrouwen en organiseerde regelmatig creatieve workshops waar ik ook aan mee ging doen. Het schilderen is erg leuk om te doen. Ik merk dat ik mij heb ontwikkeld in de afgelopen jaren en dat wilde ik graag. Ook de gesprekken zijn fijn en gezellig, ik kijk er echt naar uit.”

In 2016 hebben Ria en Marrie een gezamenlijk doel: de beklimming van de Mont Ventoux. John Hermeling, destijds onze coördinator in het Oncologisch Centrum, was de initiatiefnemer en  wist 28 teamleden te overtuigen mee te doen aan deze zware tocht om geld in te zamelen voor kankeronderzoek. Marrie herinnert haar beklimming als de dag van gisteren. “Wat je in de aanloop ernaar toe, op de dag zelf en achteraf met elkaar deelt is onbeschrijfelijk. “

Stap voor stap

“Ik had twee  motto’s: ‘Opgeven is  geen optie’ en ‘Iedere stap is een stap dichter bij de finish.’” En die finish haalde ze! “Het was heel warm die dag en ik liep vol in de zon. Net toen ik dacht dat ik niet verder kon, kwam er een wolk voor de zon en die ging met mij mee tot aan de top. Het is onvoorstelbaar wat wij daar op die berg met elkaar meegemaakt hebben.”

Het is oktober 2016 als Marrie besluit om zelf de opleiding tot gastvrouw te gaan volgen. “Ik wilde graag in het ziekenhuis op de oncologische afdeling werken. Ik had geen medische achtergrond, maar ben sociaal en maak makkelijk contact.  In december ben ik begonnen, we zijn nu vier jaar verder.

Marrie mist de gesprekken in het ziekenhuis nu het werk door corona tijdelijk gestopt is.  Zeker nu haar zusje 3 maanden geleden te horen kreeg dat zij kanker heeft. 

“Mijn zusje heeft Hodgkin. Ze krijgt nog vier chemo’s. Daarna wacht haar nog een traject met een serie bestralingen. Elke week zit ze daar alleen. Wat had ik graag bij haar gezeten. Normaal ben ik dan ook in het Oncologisch Centrum, maar nu kan dat niet.” De diagnose van haar zus valt Marrie zwaar.  Het is vast onze bloedband, we zijn zo gek op elkaar.  En toen kreeg ze ook nog corona, milde klachten gelukkig, maar juist dan wil je elkaar zo graag vasthouden en dat kan niet.

Toen het inloophuis nog open was, ben ik ernaartoe gegaan en heb lang voor de boekenkast gestaan. Waar zou ze over willen lezen? Welke informatie wil ze hebben? Je wil gewoon iets doen. Ze wil zo graag snel beter zijn, maar het moet echt stap voor stap.” Net zoals jij toen je de Mont Ventoux beklom? “Ja, stapje voor stapje en dan komt de finish, ook voor mijn zusje.”

Hoop

Marrie hoopt dat haar schilderlessen op de donderdagmiddagen snel weer verder gaan. Ze mist de verhalen van de andere deelnemers. “Het luisteren naar elkaar, het gehoord worden en het om iets kleins enorm in de lach schieten. Even uit je eigen bubbel en lekker ontspannen. Zo’n middag geeft een beetje zonlicht en dat geeft hoop.”